Online toegang tot publieke dienstverlening met nieuwe inlogmiddelen

Met de ‘Impuls eID’ kondigt het kabinet een grote verandering aan in de online toegang tot dienstverlening bij de overheid. Burgers kunnen straks kiezen hoe ze inloggen op websites van publieke organisaties zoals gemeentes. Nu kan dat alleen nog met DigiD, maar daar komen nieuwe middelen bij. Voor gemeenten betekent dit dat ze de toegang tot hun digitale dienstverlening moeten aanpassen om het nieuwe inloggen mogelijk te maken.

Voorkomen van ID-fraude
Volgens minister Plasterk is de impuls nodig omdat overheden anders hun dienstverlening niet verder kunnen digitaliseren. De nieuwe inlogmiddelen hebben twee belangrijke kenmerken gemeen: ze bieden meer zekerheid over iemands identiteit en voldoen aan nog hogere betrouwbaarheidseisen. Hiermee wordt identiteitsfraude moeilijker. Alle inlogmiddelen moeten voldoen aan strenge wettelijke eisen op het gebied van privacy, veiligheid en gebruiksvriendelijkheid. De overheid houdt hier toezicht op.

Pilots bij gemeenten
Een aantal gemeenten test dit jaar het nieuwe inloggen uit. Zo liet de gemeente Den Haag bijna 400 burgers inloggen via DigiD met een Nederlandse identiteitskart (eNIK)waarmee ze vrijwel alle digitale diensten konden afnemen. In Rotterdam kunnen ongeveer 400 ‘friends & family’ nog steeds met een app of sms-code van Idensys terecht bij het online loket van de gemeente. Idensys wordt geleverd door een publiek-private netwerk wat ook eHerkenning, inloggen voor bedrijven, levert.

Stapsgewijze uitrol
Binnenkort bespreekt de minister de plannen met de Tweede Kamer. Daarna wordt gewerkt aan het stapsgewijs beschikbaar maken van de nieuwe inlogmiddelen. Gedacht wordt aan inloggen met Idensys en andere private middelen in 2017 en inloggen met DigiD via de identiteitskaart en het rijbewijs vanaf 2018.

Meer info:

Nieuwsoverzicht