Registratie Eerste Verblijfsadres Arbeidsmigranten (REVA)

Arbeidsmigranten die zich voor langere tijd (> 4maanden) in Nederland vestigen, worden ingeschreven in de BRP door hun woongemeente. In de BRP is dan het woonadres in Nederland bekend. Indien zij korter dan vier maanden hier verblijven, worden zij ingeschreven in het RNI-gedeelte van de BRP. Bij de registratie als niet-ingezetene wordt het woonadres in het buitenland opgenomen in het RNI-gedeelte van de BRP. Toch verblijven zij die korte tijd in Nederland op een adres en een aantal gemeenten hebben behoefte aan informatie over dat adres. Thans loopt een pilot waarbij de RNI-loketgemeenten Rotterdam en Den Haag in een aparte REVA-applicatie het eerste verblijfsadres van deze arbeidsmigranten registreren. Deze gemeenten hebben zelf behoefte aan de informatie over het tijdelijke adres. Enkele andere gemeenten hebben die behoefte ook en doen mee in de pilot als afnemende gemeente.
De reden dat de betrokken gemeenten die informatie nodig hebben, is om vast te kunnen stellen of er op de bewuste adressen een ordentelijke woonsituatie bestaat. Bij geconstateerde overbewoning kan de gemeente dan handhavend optreden.
Gesproken wordt over een mogelijke wettelijke grondslag van de registratie van het eerste verblijfsadres en over een landelijke uitrol. Hierover is voortdurend overleg tussen de gemeenten en de ministeries van SZW en van BZK. De NVVB heeft zich op het standpunt gesteld niet tegen de registratie van het eerste verblijfsadres te zijn. De 18 RNI-loketgemeente zijn bereid de extra werkzaamheden uit te voeren waarbij de NVVB met hen van mening is dat daartegenover wel een passende vergoeding moet staan. Het is nog onbekend op welke wijze de vergoeding kan worden gefinancierd. Wellicht moet eerst worden nagegaan welke gemeenten de informatie over het verblijfsadres in Nederland willen afnemen.
De NVVB wacht met een nadere standpuntbepaling totdat meer duidelijkheid is over de toekomst van REVA.

Nieuwsoverzicht