Van benoeming naar aanwijzing van buitengewoon ambtenaren van de burgerlijke stand per 01-01-2020

Op 1 januari 2020 treedt de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (Wnra) in werking. De Wnra regelt dat ambtenaren zoveel mogelijk dezelfde rechten en plichten krijgen als werknemers in het bedrijfsleven. Zowel de ambtenaar van de burgerlijke stand (abs) als de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand (babs)in dienstverband vallen vanaf 1 januari 2020 onder het privaatrechtelijke arbeidsrecht geregeld in boek 7 van titel 10 Burgerlijk Wetboek.

Naast arbeidsrechtelijke wijzigingen zijn er ook wijzigingen van bestuursrechtelijke aard. Zo wordt art. 1:16 BW conform art. 6.2a van de Aanpassingswet (Wnra) aangepast in die zin dat de abs en de (b)abs voortaan ook nog  moet worden “aangewezen”. Dat heeft er mee te maken dat een (privaatrechtelijke) arbeidsovereenkomst, anders van de eenzijdige (publieke) aanstelling waarvan nu sprake is, niet tevens als grondslag dient voor de uitoefening van wettelijke bevoegdheden.

Consequenties

Vóór 1 januari 2020 benoemde (buitengewone) ambtenaren van de burgerlijke stand behouden hun positie als (buitengewone) ambtenaren van de burgerlijke stand ook na die datum. Op grond van de nieuwe wet worden met (b)absen voortaan niet alleen een arbeidsovereenkomst gesloten, maar moeten zij ook worden “aangewezen” als (b)abs. De vraag kan worden gesteld of dit ook gevolgen heeft voor al benoemde (b)absen. Omdat de wet niet helemaal duidelijk is over zittende (b)absen wordt uit voorzorg geadviseerd om éénmalig een aanwijzingsbesluit te maken (1). Met nieuwe (b)absen worden dus voortaan niet alleen arbeidsovereenkomsten gesloten, maar zij dienen ook te worden aangewezen als (b)abs. Na het hiervoor genoemde éénmalige aanwijzingsbesluit blijven bestaande ambtenaren aangewezen als (b)abs) zolang hun benoeming duurt, of tot het moment dat de wet bepaalt dat hun aanwijzing eindigt.

Arbeidsrechtelijk zijn de consequenties groter. Babsen die een vergoeding voor hun werkzaamheden ontvangen, hebben momenteel meestal een nul-urenaanstelling. De arbeidsrechtelijke aanstelling van ‘zittende’ babsen wordt per ingang datum automatisch omgezet in een (tweezijdige) arbeidsovereenkomst indien men geen actie onderneemt.

Met ambtenaren die na inwerkingtreding van de nieuwe wet in dienst treden, wordt in het kader van de aanstelling een arbeidsovereenkomst gesloten. De bepalingen uit het Burgerlijk Wetboek over arbeidsovereenkomsten (titel 10 van boek 7) worden van toepassing. Omdat ten aanzien van de positie van de reeds benoemde babsen ná 1 januari 2020 mogelijk een verschil kan ontstaan ten aanzien van zijn/haar rechtspositie van vóór 2020, moet ook hen een arbeidsovereenkomst aangeboden worden, (met eventuele nadere bepalingen, bijvoorbeeld de termijn van aanwijzing onbepaald of bepaald). Zie de teksten Memorie van Toelichting Kamerstukken 2018-19, 35073, no. 3 en de opmerkingen in het Binnenlands Bestuur van december 2018 en november 2019. Er kan immers bij stilzwijgende overgang een gevolg optreden zoals bijvoorbeeld een (ongewilde) overeenkomst voor onbepaalde tijd terwijl de persoon in kwestie slechts voor een bepaalde tijd is aangesteld).

Onbezoldigde buitengewone ambtenaren van de burgerlijke stand

Naast bezoldigde babsen is er nog een categorie onbezoldigd babsen die in tweeën is te delen.

  1. Deze eerste categorie wordt ook wel ‘honorair’ babs genoemd. Deze personen zijn of worden aangewezen voor een eenmalige huwelijksvoltrekking of de eenmalige registratie van een partnerschap of om dit gedurende een bepaalde termijn te doen. Bij deze groep kan worden gedacht aan burgemeesters, wethouders of raadsleden die gedurende hun ambtstermijn bij gelegenheid worden gevraagd om een huwelijk te voltrekken of een partnerschap te regelen. Omdat deze groep geen vergoeding ontvangt voor hun werk is er met hen geen arbeidsrelatie. Voor deze categorie verandert er derhalve niets, behalve dat deze personen vanaf 1 januari 2020 naast de reeds bekende beëdiging, dus ook dienen te worden aangewezen. Ten aanzien van dat laatste kan de nieuwe situatie met zich brengen dat die aanwijzing dan voor onbepaalde tijd gaat gelden (wanneer men die niet tijdig aanpast).
  2. Een tweede groep betreft de buitengewoon ambtenaren van de burgerlijke stand die reeds in een andere gemeente zijn benoemd (aangewezen) en voor een enkele huwelijksvoltrekking of een enkele partnerschapsregistratie (tevens) worden benoemd (aangewezen) in een andere gemeente. Ook hier geldt dat er in die specifieke situatie geen sprake is van een arbeidsovereenkomst met deze personen omdat die immers al zijn benoemd/aangewezen in een andere gemeente.

Nieuwe arbeidsovereenkomst voor babsen

Door de VNG is een Model arbeidsovereenkomst ‘met uitgestelde prestatieplicht’ voor de babs (dus geen Modelreglement) ter beschikking gesteld aan gemeenten, bekijk hem hier

 

Nieuwsoverzicht